Wie: Rianne van Lieshout
Naam bedrijf: Hager Nederland
Activiteit: Producent van elektro-installatiesystemen
Waar: Den Bosch
Aantal werknemers: 105
Jaar oprichting: 1955
Hager Nederland focust op toekomstbestendige groei
Voor Hager Nederland is de coronacrisis hét moment om toekomstbestendige keuzes te maken. Een ijkpunt, vindt directeur Rianne van Lieshout. “Het zou spijtig zijn die gelegenheid onbenut te laten. Wij gaan verduurzamen. Want groeien is meer dan produceren.”
“Het is goed dat de overheid en de brancheorganisaties vrij snel na het uitbreken van corona een plan van aanpak hebben opgesteld voor veilig doorwerken in de bouw. Dat heeft haar vruchten afgeworpen. Gelukkig, want er zijn ontzettend veel partijen afhankelijk van de bouwsector.”
Aanpassen en aandacht verleggen
“Uiteraard zijn de gevolgen van de crisis ook in de bouw merkbaar. Als elektrotechnisch bedrijf zijn wij een van de laatste partijen in het bouwproces. Als ondernemingen waar klappen zijn gevallen, zoals binnen de cultuursector en de horecasector, investeringen uitstellen, dan gaan wij dat ook voelen. Gelukkig hebben wij met een gezonde en variabele balans tussen woningbouw en utiliteitsbouw te maken. Die laatste vertraagt op dit moment, naar woningen blijft veel vraag. Maar hier beperkt de beschikbare capaciteit van medewerkers de productie. De focus zal meer op woningbouw worden gelegd. Wij gaan daarop inspelen. Ondernemen is immers ook een kwestie van aanpassen en je aandacht verleggen.”
Versnelling van trends
“In ons bedrijf heeft Corona geleid tot een versnelling van trends die al waren ingezet. Minder reizen, thuiswerken, verbeteringen doorvoeren op het gebied van verduurzaming; we deden dat deels al, maar werken nu hard aan de volgende stappen. Waar voorheen de nadruk al lag op meer thuiswerken, verschuift die nu naar nieuwe tools en processen om het digitaal samenwerken te optimaliseren en ook gewoon leuker te maken. Voor onze installateursrelaties is de situatie een stuk lastiger; zij werken op de bouw, moeten met veel partijen het werk (veilig) organiseren en hebben minder mogelijkheden om vanuit huis te werken. We ondersteunen ze daarbij zo goed mogelijk.”
Nieuwe doelen stellen
“De bouwbranche draait volop door, maar de economie is voor verschillende andere sectoren tot stilstand gekomen. Wij hebben de luxe dat veel van onze activiteiten doorgaan en dat we deze situatie kunnen benutten om onze keuzes en strategieën richting de toekomst aan te passen. We gebruiken deze tijd om nieuwe doelen te stellen. Ik pleit ervoor dat juist bedrijven die het nu financieel moeilijk hebben de mogelijkheid wordt geboden om pas op de plaats te maken, zodat het hen makkelijker wordt gemaakt om het daadwerkelijk over een andere boeg te gooien.”
Samenwerken en verduurzamen
“Verduurzaming van gebouwen, alternatieve energiebronnen en energiebesparing hebben grote impact op het energieverbruik en onze CO2-uitstoot. Immers: de gebouwde omgeving is voor een groot deel verantwoordelijk voor het energieverbruik in ons land. Nieuwe keuzes kunnen een positieve bijdrage leveren aan de economie en de maatschappij, en meer richting geven aan duurzaamheid en klimaatbeheersing. Ook wij zijn met ons bedrijf in een stroomversnelling terechtgekomen. Eind 2021 gaan we een nieuw pand betrekken. Nog meer dan we al deden, denken we na over verduurzaming en over de functie van dat gebouw. Een toekomstbestendig businessmodel is een voorwaarde voor een gezonde bedrijfsvoering. In de huidige businessmodellen ligt de focus te veel op het maken en gebruiken van producten. In plaats daarvan kunnen we ook door dienstverlening en via advisering richting geven aan een nieuwe toekomst. Groei is meer dan producten maken. Groei is ook samenwerken en verduurzamen.”
Opleiden voor nieuwe toekomst
“Het is moeilijk om goed geschoold technisch personeel te vinden. Dat was al zo, en dat is nog steeds zo. Door de crisis zijn er binnen verschillende beroepsgroepen veel ontslagen gevallen, het gaat hier vaak ook om jonge mensen. Ik wil de overheid en brancheorganisaties oproepen om ons te helpen en deze groep uit te dagen om een technische studie op te pakken. Ik zie het als een gezamenlijke uitdaging om deze (jonge) mensen te enthousiasmeren en op te leiden voor de nieuwe toekomst.”