Economisch beeld MKB: zon uit zicht verdwenen

Het economisch beeld van het MKB is in het vierde kwartaal van dit jaar in vergelijking met het derde kwartaal minder positief geworden. Stonden in het derde kwartaal nog drie van de twaalf indicatoren er uitgesproken positief bij, in het vierde kwartaal was dit bij geen enkele indicator meer het geval. Alle indicatoren geven nu een afname aan ten opzichte van het voorgaande kwartaal.

De conjunctuurklok is verdeeld in vier kwadranten. In de bovenste twee kwadranten staan de indicatoren hoger dan hun trendniveau. In de onderste twee kwadranten staan de indicatoren onder hun trendniveau. De twee kwadranten aan de rechterkant geven een verbetering ten opzichte van het voorgaande kwartaal aan. De twee kwadranten aan de linkerkant een verslechtering. Het meest positieve kwadrant (rechtsboven) wordt aangegeven met een zonnetje en het meest negatieve kwadrant (linksonder) met een regenbui. De tussenliggende kwadranten worden aangegeven met een wolk voor de zon.

Laat de MKB-klok zelf lopen en filter op indicatoren.

Stemmingsindicatoren conjunctuurklok: licht bewolkt

Alle zes stemmingsindicatoren in de MKB-conjunctuurklok lieten begin vierde kwartaal een daling zien en staan er daardoor net als in het derde kwartaal halfbewolkt bij. De stemmingsindicatoren die vergeleken met het vorige kwartaal de grootste daling vertoonden zijn de door MKB-ondernemers verwachte exportontwikkeling en verwachte economische ontwikkeling.

Reële indicatoren MKB-conjunctuurklok ook allemaal afgenomen

Begin vierde kwartaal zijn alle reële conjunctuurindicatoren vergeleken met het derde kwartaal afgenomen. In het derde kwartaal steeg het BBP nog evenals het volume van de binnenlandse consumptie en de aankopen van duurzame goederen.

MKB-klok toegelicht

De MKB-conjunctuurklok is door het CBS ontwikkeld in het kader van het programma De Staat van het MKB in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en het Nederlands Comité voor Ondernemerschap. Begin mei 2017 werd de MKB-conjunctuurklok voor het eerst gepubliceerd. De update voor het eerste kwartaal van 2020 wordt begin maart 2020 verwacht.

 

Omzetstijging in bouw vaker bij grote bedrijven

Vandaag zijn op MKB StatLine de cijfers over omzetstijgers en –dalers in het derde kwartaal van 2019 gepubliceerd. In de bouwnijverheid is in het derde kwartaal bij 54 procent van de bedrijven de omzet gestegen ten opzichte van het derde kwartaal van 2018. 45 procent van de bouwbedrijven kreeg te maken met een omzetdaling en bij 1 procent bleef de omzet nagenoeg gelijk. Omzetstijging vindt vaker plaats bij grote dan bij kleine bouwbedrijven.

Dit is het dertiende kwartaal op rij waarbij het aantal bouwbedrijven met een omzetstijging groter is dan het aantal met een omzetdaling. In het tweede kwartaal van 2018 was bij 58 procent van de bouwbedrijven sprake van een omzetstijging en bij 41 procent van een omzetdaling. Sindsdien is het aantal bouwbedrijven met een omzetstijging gestaag gedaald tot het huidige niveau.

Bekijk alle cijfers over omzetstijgers en -dalers (ook van andere sectoren) op MKB StatLine.

Er zijn forse verschillen tussen de verschillende grootteklassen in de bouw. Bij de categorie bedrijven met meer dan 100 werkzame personen ligt het aandeel bedrijven met een omzetstijging fors hoger dan bij kleinere bedrijven. In de groep bedrijven met 100 tot 250 werkzame personen heeft 69 procent te maken met een omzetstijging.

Ruim 8 procent meer vacatures in het MKB

Aan het eind van het derde kwartaal dit jaar stonden er 154 duizend vacatures open in het midden- en kleinbedrijf (MKB). Dat was 54,3 procent van alle openstaande vacatures op dat moment in Nederland. Het aantal openstaande vacatures in het MKB was eind derde kwartaal ruim 8 procent hoger dan eind derde kwartaal 2018. Dit meldt het CBS in De Staat van het MKB.

Bij het kleinbedrijf (tot 50 werkzame personen) stonden in het derde kwartaal 2019 ruim 102 duizend vacatures open, 8,8 procent meer dan een jaar eerder. In het middenbedrijf (50 tot 250 werkzame personen) nam het aantal openstaande vacatures in deze periode met 7,5 procent toe tot ruim 51 duizend. In het grootbedrijf (250 of meer werkzame personen) stonden aan het einde van het derde kwartaal bijna 130 duizend vacatures open, een stijging van 11,7 procent.
Hiermee kwam het totaal aantal openstaande vacatures in Nederland aan het einde van het derde kwartaal uit op bijna 284 duizend, 26 duizend meer dan eind derde kwartaal vorig jaar.

Groei MKB-vacatures vooral in zakelijke dienstverlening

In het MKB van de zakelijke dienstverlening nam het aantal openstaande vacatures in het derde kwartaal vergeleken met hetzelfde kwartaal vorig jaar het meest toe (+ 4,2 duizend). Het MKB in de handel neemt met een groei van 1,2 duizend vacatures de tweede plaats in. Het MKB in de gezondheids- en welzijnszorg en het MKB in de cultuur, recreatie en overige diensten volgen op de voet met een vacaturegroei van elk 1,1 duizend. In de bouw kwamen er in derde kwartaal 0,5 duizend vacatures bij.

Bekijk de nieuwste cijfers op MKB StatLine

Vertrouwen onder MKB-ondernemers fors afgenomen

De ondernemersvertrouwen in het MKB is aan het begin van het vierde kwartaal gedaald van 9,2 naar 5,1. Na de piek van het vertrouwen van MKB-ondernemers in het eerste kwartaal van 2018 op 19,6 is dit voortdurend afgenomen. In drie sectoren is het MKB-ondernemersvertrouwen inmiddels zelfs negatief geworden.

Stemming MKB-bouwondernemers nog relatief hoog ondanks stevige daling

In alle deelsectoren van het MKB daalde begin vierde kwartaal het vertrouwen van ondernemers. De sterkste dalingen deden zich voor in de sector informatie en communicatie (-12,8), bouw (-9,7) en vervoer en opslag (-9,4). Ondanks de stevige dalingen staat het vertrouwen van MKB-ondernemers in de bouw toch nog het hoogst van alle sectoren (11,8), de sector informatie en communicatie (10,3) staat op plek twee.

In drie sectoren is in het vierde kwartaal het vertrouwen van MKB-ondernemers omgeslagen van positief naar negatief. Zo stond het vertrouwen in de sector vervoer en opslag aan het begin van het vierde kwartaal op -6,8, de horeca -2,7 en de verhuur en handel van onroerend goed -1,7.

Samenstelling ondernemersvertrouwen

Het MKB-ondernemersvertrouwen geeft de stemming van Nederlandse MKB-ondernemers weer. Per bedrijfstak wordt het ondernemersvertrouwen samengesteld op basis van vragen over recente ontwikkelingen en verwachtingen van de ondernemers zoals bijvoorbeeld de omzetontwikkeling. Deze vragen worden gesteld in de Conjunctuurenquête Nederland (COEN).
Het ondernemersvertrouwen Nederland wordt vervolgens samengesteld uit een gewogen gemiddelde van het vertrouwen per bedrijfstak. Het ondernemersvertrouwen geeft een indicatie van de richting waarin de Nederlandse economie zich naar verwachting zal ontwikkelen.

De nieuwste resultaten van de Conjunctuur Enquête Nederland voor het MKB zijn beschikbaar in MKB-StatLine, net als het MKB-Ondernemersvertrouwen.

Bijna 55 duizend MKB-bedrijven opgericht in derde kwartaal 2019

In het derde kwartaal van 2019 zijn 54,6 duizend MKB-bedrijven opgericht. Ruim 95 procent van de nieuwe MKB-bedrijven betrof bedrijven met één werkzame persoon. Er werden in het derde kwartaal van dit jaar 11,8 procent meer MKB-bedrijven opgericht dan in dezelfde periode vorig jaar. Dat blijkt uit nieuwe cijfers die vandaag op MKB-StatLine zijn gepubliceerd.

De meeste MKB-oprichtingen in het derde kwartaal vonden plaats in de specialistische zakelijke dienstverlening (19,4 procent van het totaal aantal oprichtingen). De handel (14,1 procent) en de bouw (11,6 procent) hadden eveneens een ruim aandeel in het totaal aantal oprichtingen in het MKB in het derde kwartaal van dit jaar.

Het aantal nieuwe oprichtingen in het derde kwartaal groeide het hardst in de horeca. In het derde kwartaal kwamen er 2240 horecabedrijven bij (+34,5 procent). In de handel werden er in deze periode 7680 bedrijven opgericht (+32,9 procent).

Branches waar het aantal oprichtingen in het derde kwartaal daalde vergeleken met het derde kwartaal vorig jaar zijn o.m. de financiële dienstverlening (-4,8 procent), de verhuur en handel in onroerend goed (-4,2 procent) en landbouw, bosbouw en visserij (-2,1 procent).

Een vijfde van MKB-ondernemers heeft een migratieachtergrond

Van de 1,91 miljoen MKB-ondernemers die Nederland in 2018 telde, hadden er bijna 400 duizend (21 procent) een migratieachtergrond. Bijna 203 duizend MKB-ondernemers hadden een westerse migratieachtergrond en ruim 195 duizend een niet-westerse migratieachtergrond. Dit blijkt uit nieuwe cijfers die vandaag over ondernemerskenmerken op MKB-StatLine zijn gepubliceerd.

Aantal MKB-ondernemers met niet-westerse migratieachtergrond met ruim 60 procent toegenomen

In de periode 2011-2018 is het aantal MKB-ondernemers in Nederland met 20,8 procent gegroeid. De sterkste groei deed zich voor bij ondernemers met een niet-westerse migratieachtergrond. Deze groep ondernemers steeg in aantal van 121 duizend in 2011 naar 195 duizend in 2018 (+61,3 procent). Het aantal ondernemers met een westerse migratieachtergrond steeg in deze periode met 32,8 procent naar in totaal 203 duizend. De MKB-ondernemers met een Nederlandse achtergrond groeide in de periode 2011-2018 met 16,6 procent naar een totaal van 1,51 miljoen.

Van de sectoren met meer dan 100 duizend MKB-ondernemers was de groei van het aantal MKB-ondernemers in de periode 2011-2018 het hoogst in de gezondheidszorg (+48,8 procent), gevolgd door cultuur, sport en recreatie (+36,7 procent), specialistische zakelijke dienstverlening (+29,4 procent), bouw (+19,2 procent) en de handel (+1,2 procent).
In al deze grote sectoren was de groei van het aantal MKB-ondernemers met een niet-westerse migratie achtergrond veruit het hoogst:

  • gezondheidszorg (+131,3 procent)
  • cultuur, sport en recreatie (+72,4 procent)
  • specialistische zakelijke dienstverlening (+75,6 procent)
  • bouw (78,5 procent)
  • handel (+31,1 procent)

Nieuwe cijfers ondernemerskenmerken op MKB-StatLine

Op MKB-StatLine zijn vandaag nieuwe cijfers over ondernemerskenmerken gepubliceerd. De cijfers zijn nu up-to-date tot en met 2018. Er kan ingezoomd worden op verschillende persoonskenmerken (leeftijd, onderwijsniveau, geslacht en herkomst), grootteklassen en sectoren/branches binnen het MKB.

MKB groeit met bijna 36 duizend bedrijven

Begin vierde kwartaal van dit jaar telde Nederland 1,82 miljoen MKB-bedrijven. Dit is een toename van bijna 36 duizend bedrijven (2,0 procent) vergeleken met een kwartaal eerder. In een jaar tijd (vergeleken met begin vierde kwartaal 2018) zijn er in totaal 102 duizend (+5,9 procent) MKB-bedrijven bijgekomen. Deze nieuwe bedrijfscijfers zijn vandaag op MKB-statline gepubliceerd.

Kleinbedrijf groeit het hardst

Vergeleken met het derde kwartaal van dit jaar groeide het aantal bedrijven in het kleinbedrijf in het vierde kwartaal met 2,0 procent (+35,8 duizend) het hardst. Middelgrote bedrijven namen in deze periode in aantal met 1,1 procent (+125) toe, terwijl het aantal grote bedrijven een toename met 1,7 procent (+55) te zien gaf. De groei van het aantal bedrijven in het kleinbedrijf is voor 95 procent voor rekening van eenmansbedrijven.

Bedrijfssectoren met hoogste groei

De sectoren waar het aantal MKB-bedrijven begin vierde kwartaal van dit jaar met meer dan 4 duizend toenam vergeleken met begin derde kwartaal zijn de specialistische zakelijke dienstverlening (+6945), de bouw (+5500), de handel (+4510) en de gezondheids- en welzijnszorg (+4055).

 

Naar de nieuwe cijfers:
Aantal bedrijven naar bedrijfstak
Aantal bedrijven naar bedrijfsgrootte en rechtsvorm

Aantal MKB-faillissementen stabiliseert in derde kwartaal 2019

In het derde kwartaal zijn er 751 MKB-bedrijven in de business economy failliet verklaard, één meer dan in het tweede kwartaal. In totaal waren er bijna 3,6 duizend personen werkzaam bij de bedrijven die in het derde kwartaal failliet gingen, 4,2 procent minder dan bij de in het tweede kwartaal gefailleerde MKB-bedrijven. Dit blijkt uit de nieuwe MKB-faillissementscijfers die vandaag op de Staat van het MKB zijn gepubliceerd.

Meer handels- en bouwbedrijven failliet

In het derde kwartaal groeide vooral het aantal MKB-faillissementen in de handel (+24) en de bouw (+19). Minder faillissementen vergeleken met het tweede kwartaal kwamen voor in het MKB van de specialistische dienstverlening (-37), de horeca (-11) en de verhuur en overige zakelijke dienstverlening (-10).

Bij faillissementen in de handel meeste werkzame personen betrokken
Bij de faillissementen in het MKB van de handel in het derde kwartaal waren in totaal 925 werkzame personen betrokken. Dit is ruim een kwart van het totaal aantal werkzame personen betrokken bij de MKB-faillissementen in de business-economy. Andere sectoren waar MKB-faillissementen in het derde kwartaal veel werkzame personen raakten, zijn de industrie (762 werkzame personen), vervoer en opslag (410 werkzame personen) en verhuur en overige zakelijke dienstverlening (408 werkzame personen).

In derde kwartaal gefailleerde MKB-bedrijven gemiddeld 9,3 jaar oud

Van de 751 MKB-bedrijven in de business economy die in het derde kwartaal failliet gingen was de gemiddelde bedrijfsleeftijd op het moment van faillissement 9,3 jaar. Gemiddeld het oudst op het moment van faillissement waren bedrijven in water en afvalbeheer (23,1 jaar), verhuur en handel in onroerend goed (17,4 jaar) en industrie (11,5 jaar). Gemiddeld het jongst waren bedrijven in de horeca (6 jaar).

Bekijk de cijfers op MKB-Statline

“Ondernemers, investeer nu het kan!”

“Niet bufferen maar investeren, dat is wat kleine en middelgrote bedrijven moeten doen om concurrerend te blijven en te groeien. Daarbij hoort ook meer investeren in de vaardigheden en ontwikkeling van mensen.” Dit zei voorzitter Harold Goddijn van het Nederlands Comité voor Ondernemerschap bij de aanbieding van het Jaarbericht Staat van het MKB 2019 aan staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat.

Het gaat op dit moment goed met het mkb en met veel ondernemers. In het niet-financiële midden- en kleinbedrijf (mkb) groeide de toegevoegde waarde met 5,4 procent en de werkgelegenheid met 2,9 procent. Desalniettemin zijn er al ook signalen die wijzen op knelpunten.

Daling investeringen

Conjunctureel gaat het goed, structureel kan en moet het beter, aldus het Comité. De afvlakkende productiviteitsgroei is een punt van zorg, vooral bij kleine bedrijven. Veel microbedrijven (2-9 werknemers) en kleine bedrijven (10-49 werknemers) groeien niet door. Het bruto binnenlands product is gegroeid, maar de bedrijfsinvesteringen blijven achter. Dat heeft negatieve gevolgen voor de groei van de arbeidsproductiviteit, die nodig is om structureel te groeien. Volgens het Comité valt er, zolang er grote verschillen tussen bedrijven bestaan, nog veel winst te boeken. In wielertermen: het ‘peloton’ moet inlopen op de ‘kopgroep’.

Vernieuwing managementpraktijken

Het Jaarbericht 2019 laat zien dat investeringen lonen. Succesvolle en groeiende bedrijven steken geld en energie in de vernieuwing van hun managementpraktijken, in de vaardigheden van hun mensen, in slimme product- en procesinnovaties, in digitalisering en in het vergroten van de afzetmogelijkheden door marketing en door internationalisering. Goddijn: “Het succes en dus de vergroting van de productiviteit schuilt vaak niet zozeer in nieuwe technologie, maar vooral in de manier waarop een onderneming wordt geleid.”

Leven lang ontwikkelen

Het Comité vraagt bijzondere aandacht voor investeringen in mensen, voor het ontwikkelen van medewerkers en de versterking van de relatie tussen mkb en onderwijs. Goddijn: “We zien dat slechts 14 procent van de werknemers in het microbedrijf aan bijscholing en omscholing doet. Hoe kleiner het bedrijf, des te minder wordt geïnvesteerd in de ontwikkeling van medewerkers. Wij moeten niet vergeten: investeren in je medewerkers is ook goed voor je bedrijf!”

Aanbevelingen

Het Comité ziet een belangrijke taak voor overheden in het bevorderen van een gezonde dynamiek, met voldoende mogelijkheden voor bedrijven om door te groeien. Zij dienen niet ontmoedigd te worden om werknemers in vaste dienst te nemen. Het belang van ondernemerschap stelt niet alleen eisen aan het fiscale regime maar ook aan de regels voor de arbeidsmarkt. Daarbij kampen kleinere ondernemingen met eigen problemen; zo beschikken ze over minder tijd en capaciteit voor een strategisch personeelsbeleid. Deze specifieke problemen vragen in de ogen van het Comité om een specifieke aanpak.

Staatsecretaris Keijzer komt later dit jaar met een kabinetsreactie op het Jaarbericht.

Het Nederlands Comité voor Ondernemerschap is ingesteld om de duurzame groei van het midden- en kleinbedrijf te bevorderen. In het Jaarbericht Staat van het MKB geeft het Comité een analyse en duiding van de trends en ontwikkelingen. Daarvoor werkt het samen met het CBS. Op de (vernieuwde website www.staatvanhetmkb.nl zijn de feiten en cijfers over het mkb te vinden. Het Comité heeft de volgende leden: Harold Goddijn (voorzitter), Hare Majesteit de Koningin Máxima, Barbara Baarsma, Diederik Laman Trip, Meiny Prins en Occo Roelofsen.

Robuuste groei toegevoegde waarde in het mkb

De toegevoegde waarde van niet-financiële midden- en kleinbedrijven nam in 2018 toe met 5,4 procent. Ook in 2017 was de groei ruim 5 procent. Zowel de arbeidsproductiviteit als de werkgelegenheid namen toe in 2018. Dit blijkt uit statistisch onderzoek van het CBS voor het ‘Jaarbericht Staat van het mkb 2019’ van het Comité voor Ondernemerschap.

Download: Jaarbericht Staat van het mkb 2019

De toegevoegde waarde van het mkb in het niet-financiële bedrijfsleven, de business economy, was 241 miljard euro in 2018. De toegevoegde waarde nam in het middenbedrijf (50 tot 250 werkzame personen) en bij de zzp’ers (1 werkzame persoon) met circa 8 procent het sterkst toe. In het klein- en microbedrijf (2 tot 50 werkzame personen) groeide de toegevoegde waarde in 2018 minder dan in 2017. Bij het grootbedrijf was de groei met ruim 6 procent wel groter dan in 2017.

Groeiversnelling middenbedrijf vooral door verbetering arbeidsproductiviteit

De toename van de toegevoegde waarde is deels toe te schrijven aan een verbeterde arbeidsproductiviteit. De toegevoegde waarde per vte nam binnen het mkb toe met 2,4 procent in 2018. De arbeidsproductiviteit van het middenbedrijf nam in 2018 met 4,6 procent toe, waar deze in 2017 nog met 0,9 procent daalde. In het kleinbedrijf nam de arbeidsproductiviteit in 2018 juist af met 0,8 procent. In het microbedrijf groeide de arbeidsproductiviteit met 3,1 procent.

Personeelstekort belemmert activiteiten

Het arbeidsvolume van het mkb in de business economy is in 2018 met 2,9 procent toegenomen tot ruim 3,5 miljoen vte. Daarbij nam het aantal openstaande vacatures aanzienlijk toe. Deze toename zette door in 2019. Aan het eind van het tweede kwartaal van 2019 stonden er 161 duizend vacatures open bij midden- en kleinbedrijven met personeel, ruim 9 procent meer dan een jaar eerder. 54,8 procent van alle openstaande vacatures in Nederland zijn in het mkb.

De openstaande vacatures blijken steeds moeilijker in te vullen. Bedrijven geven namelijk steeds vaker aan dat een tekort aan gekwalificeerd personeel hen belemmert bij hun zakelijke activiteiten. Aan het begin van het derde kwartaal 2019 gaf een kwart van de ondernemers dit aan. Met 27,2 procent was het tekort het grootst bij het grootbedrijf en het kleinst bij het kleinbedrijf (22,3 procent).

Relevante links:

Jaarbericht 2019

Achtergrondtabellen Jaarbericht 2019