Nieuwe cijfers over ICT-gebruik bij bedrijven

Op MKB-StatLine zijn nieuwe cijfers over het ICT-gebruik bij MKB-bedrijven gepubliceerd. De cijfers gaan over 2024, tenzij anders vermeld.

  • Ruim een derde van de bedrijven in het midden- en kleinbedrijf (exclusief zzp’ers) faciliteert online vergaderingen. In het middenbedrijf komt dit het vaakst voor. Bij 85 procent van de bedrijven met 50 tot 250 personen werd online vergaderd.
  • Bij 63 procent van de MKB-bedrijven (exclusief zzp’ers) komt telewerken voor.
  • 1 op de tien bedrijven in het MKB (exclusief zzp’ers) heeft een vaste internetverbinding met een snelheid van ten minste 1 GBit/s.
  • Bijna de helft van de MKB-bedrijven (exclusief zzp’ers) gebruikte betaalde clouddiensten.
  • 13 procent van de bedrijven in het MKB (exclusief zzp’ers) heeft ten minste één vorm van AI-technologie gebruikt, zoals tekst-mining, spraakherkenning of machine-learning. Bij bedrijven met 50 tot 250 werkzame personen gebruikte bijna een derde een vorm van AI.
  • 10 procent van de MKB-bedrijven (exclusief zzp’ers) kreeg te maken met een ICT-veiligheidsincident met een interne oorzaak in 2023, terwijl 4 procent te maken had met een aanval van buitenaf.
  • 86 procent van de MKB-bedrijven (exclusief zzp) gebruikte gratis of betaalde anti-virus software.
  • Bij 8 procent van de MKB-bedrijven was het volgen van een training of cursus op het gebied van ICT-veiligheid verplicht voor personeelsleden.

Bekijk de tabellen over ICT-gebruik bij bedrijven

Update cijfers omzetstijgers en -dalers

Op MKB-Statline zijn nieuwe cijfers over het aantal bedrijven met een stijgende en dalende omzet gepubliceerd. Deze zijn nu up-to-date tot en met het derde kwartaal van 2024. De cijfers geven aan bij welk percentage van de ondernemers de omzet is gestegen, dan wel gedaald ten opzichte van hetzelfde kwartaal in het voorgaande jaar. Er kan worden ingezoomd op verschillende grootteklassen en branches binnen het MKB.

  • Een meerderheid van de bedrijven zag de omzet stijgen in het derde kwartaal van 2024 ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar eerder. In de horeca lag dat percentage het hoogst met 57 procent, waarvan 23 procent een snelle stijger was. Een snelle stijger of daler is een bedrijf met meer dan 20 procent omzetgroei of -krimp.
  • Het percentage bedrijven met een snelle omzetstijging was bij het merendeel van de bedrijfstakken en grootteklassen hoger dan het percentage bedrijven dat de omzet snel zag dalen. Het percentage bedrijven met een snelle stijging lag met 35 procent onder andere hoog in de bouwnijverheid.
  • In de informatie en communicatie lag met 47 procent het aantal bedrijven met omzetdaling het hoogst. Het aantal bedrijven met een snelle omzetdaling lag daar op 26 procent, een fractie lager dan in de bouwnijverheid waar 27 procent van de bedrijven een snelle omzetdaling had.

Bekijk de tabel over omzet stijgers-dalers

Daling aantal openstaande vacatures in het mkb en grootbedrijf in het derde kwartaal van 2024

Daling aantal openstaande vacatures in het mkb en grootbedrijf in het derde kwartaal van 2024

Het midden- en kleinbedrijf (mkb) en het grootbedrijf in de brede sector Business Economy telden aan het eind van het derde kwartaal van 2024 respectievelijk 160 duizend en 109 duizend openstaande vacatures. Dit is een daling in het aantal openstaande vacatures van respectievelijk 9 en 3 procent ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2023.

  • In alle bedrijfstakken van het middenbedrijf (50 tot 250 werknemers) daalde het aantal openstaande vacatures ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar.
  • Op de industrie na, daalde het aantal openstaande vacatures in het kleinbedrijf (10 tot 50 werknemers) in alle bedrijfstakken ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar.
  • Voor het microbedrijf (0 tot 10 werknemers) is het beeld minder eenduidig. Hier daalde het aantal openstaande vacatures in de bouwnijverheid en de zakelijke dienstverlening. In de industrie, handel en gezondheids- en welzijnszorg steeg het aantal openstaande vacatures.
  • De grootste daling in openstaande vacatures in het mkb is zichtbaar in de branche commerciële dienstverlening met een daling van 14 duizend ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Aan het eind van het derde kwartaal stonden in deze branche 125 duizend vacatures open.
  • Bij het grootbedrijf is het beeld wisselend, in de bedrijfstak handel, vervoer en horeca daalt het aantal openstaande vacatures ten opzichte van derde kwartaal van 2023, daarentegen stijgt het aantal openstaande vacatures in de bouwnijverheid en de gezondheids- en welzijnszorg.

 

Bekijk hier de cijfers over de openstaande vacatures in het mkb.

Nederlands Comité voor Ondernemerschap: ‘Versterking economie vraagt om doorbraken met het mkb’

“Voor onze economie en ons verdienvermogen hebben we dóórbraken nodig, zowel gedurfde keuzes van het kabinet als meer vernieuwingskracht van het mkb zelf”, zegt Jacques van den Broek, voorzitter van het Nederlands Comité voor Ondernemerschap, bij de presentatie van het nieuwe Jaarbericht ‘Staat van het mkb 2024’. “We zijn productief, maar niet productief genoeg. Andere economieën lopen ons voorbij. Dat gaat al jaren sluipenderwijs. Ik roep het kabinet op om haast te maken, en ondernemers om niet af te wachten.”

Uit het tiende jaarbericht, onder de titel Perspectief op productiviteit, blijkt de urgentie om het verdienvermogen van het mkb te versterken: de cijfers spreken, experts delen hun inzichten en ondernemers vertellen vanuit de praktijk van de werkvloer. Het inzicht dat het met de productiviteit van onze economie niet de goede kant op gaat, wordt inmiddels breed gedeeld. Dit is een Europees probleem, zo hield Mario Draghi ons onlangs voor, en dus ook een Nederlands probleem. Het kabinet werkt inmiddels aan een zogeheten ‘productiviteitsagenda’.

Het grote punt is dat er wat moet gebeuren. Dat vraagt om ingrijpende, ook politieke keuzes. We zijn een open economie, de vergrijzing neemt snel toe en we zitten ook nog eens midden in grote transities. Het Comité dringt erop aan om nu snel te schakelen richting een helder langetermijnplan. We moeten van analyses naar acties, van zowel overheden als ondernemers. Het mkb is de motor van onze economie. Het Comité heeft berekend dat, als het Nederlandse mkb zich vernieuwt naar het voorbeeld van hoogproductieve bedrijven, er een potentieel van 65 miljard euro is aan te boren.

Dalende productiviteitsgroei plus nu ook dalende productiviteit

De ontwikkeling van de productiviteit in het Nederlandse midden- en kleinbedrijf blijft achter bij die in het grootbedrijf. In de afgelopen tien jaar is de arbeidsproductiviteit binnen het mkb (excl. zzp) met bijna 3% gestegen ten opzichte van 2014. Deze stijging is fors lager dan vóór 2014. In 2023 is de arbeidsproductiviteit zelfs met bijna 7% gedaald bij het middenbedrijf in vergelijking met 2022. In het grootbedrijf daalde de arbeidsproductiviteit met meer dan 4%. De kloof tussen het mkb en het grootbedrijf wordt groter, net als de kloof tussen koplopers en peloton binnen het mkb.

* Extrapolatie             Bron: CBS, bewerking ministerie van EZ

We zien een verschuiving van werkgelegenheid van hoogproductieve naar laagproductieve activiteiten, maar de vermindering van de productiviteitsgroei treedt vooral op binnen bedrijfssectoren. De spill-over van koplopers naar mkb-peloton lijkt minder effectief te verlopen dan we mogen verwachten in goed werkende innovatieve ecosystemen. Nederland behoort weliswaar nog steeds tot de meest productieve economieën ter wereld, maar we zien in landen met vergelijkbare niveaus een hogere groei van de arbeidsproductiviteit.

Voorstellen voor actie

Comité-voorzitter Van den Broek benadrukt het belang om nu in actie te komen, voor ondernemers en overheden. In het jaarbericht doet het Comité voorstellen om de productiviteit te versterken: door de toegang tot financiering, de werking van de arbeidsmarkt en de dienstverlening voor het mkb te verbeteren. In de ‘Staat van het mkb 2024’ en tijdens een door het Comité georganiseerde werkconferentie geven kennisexperts, ondernemers en vertegenwoordigers van regionale economic boards en overheden suggesties.

Comité-voorzitter Van den Broek verwacht veel van ondernemers zelf. Zij moeten niet alleen de ambitie maar ook de (management)vaardigheden hebben om een bedrijf te leiden en te laten groeien. Verder moeten ze bereid zijn om elkaar te helpen in ecosystemen van grote en kleine bedrijven, van koplopers en mkb-peloton. Ondernemers moeten ook zelf aan de bak om het potentieel op de krappe arbeidsmarkt te benutten. Daarvoor is, in de woorden van voorzitter Jacco Vonhof van MKB-Nederland, goed werkgeverschap nodig, net als meer investeren in en adopteren van arbeidsbesparende technologieën, en meer creativiteit bij het invullen van vacatures.

Brancheorganisaties en andere (regionale) netwerken kunnen hierbij een belangrijke rol vervullen. Er zijn al veel voorbeelden van dit soort opbloeiende ecosystemen. De overheid moet daar slim op aansluiten. En ook breder investeren in de economische kracht van regio’s, zoals rond ASML in de Brainport-regio en biotech in Leiden-Amsterdam-Utrecht. Overheden moeten vooral ruimte geven voor ondernemerschap, maar het Comité ziet daarbij een krachtige regierol voor de minister van Economische Zaken.

Terecht bindt het kabinet de strijd aan met regeldruk, maar ook daarbij staat als een paal boven water dat ondernemers zelf iets hebben te doen, aldus Van den Broek. “De regeldruk zal alleen lichter kunnen worden als overheden ruimte bieden én ondernemers de verantwoordelijkheid voelen en nemen om te voldoen aan maatschappelijke eisen op het gebied van bijvoorbeeld verduurzaming, circulariteit en goed werkgeverschap. Een OndernemersPact, een van de ideeën van het kabinet, biedt de kans om hierover samen afspraken te maken.

Reacties

Dirk Beljaarts, minister van Economische Zaken: “Productiviteit is bepalend voor de concurrentiekracht van onze economie. En voor ons hoge niveau van welvaart. Bedrijven werken daar keihard voor! We doen het goed, maar andere landen doen het beter. Zij lopen ons voorbij. Daar moeten we echt wat aan doen. Door te vernieuwen of te digitaliseren kunnen zowel het mkb als het grootbedrijf productiever worden. Het Nederlands Comité voor Ondernemerschap trekt terecht aan de bel. Op het lustrumevent over de ‘Staat van het mkb’ heb ik veel inspiratie opgedaan. Samen met de bedrijfssectoren gaan we aan de slag met een productiviteitsagenda. Het mkb moet zich kunnen optrekken aan hoogproductieve, innovatieve bedrijven. Startups moeten kunnen opbloeien. En de overheid, die is er om al die ondernemers de ruimte te geven.”

Jacco Vonhof, voorzitter MKB-Nederland: “We maken ons al langere tijd zorgen over de lage productiviteitsgroei. In combinatie met de sterk gestegen kosten, zoals voor lonen en energie, zet die het rendement in vrijwel alle mkb-sectoren onder druk. Het is daarom logisch dat we de investeringen zien dalen. Ondernemers wíllen investeren, maar kunnen dat vaak niet. In ons land is bijna alles schaars geworden. We hebben een krappe arbeidsmarkt, schaarse ruimte, óók op het elektriciteitsnet waardoor bedrijven bijvoorbeeld niet van het gas af kunnen. Het gevolg is: hoge prijzen en een beperkte beschikbaarheid van dit soort ‘productiemiddelen’. Dat vraagt heel veel van ondernemers. Wat ondernemers nodig hebben is vertrouwen, voorspelbaar overheidsbeleid en vereenvoudiging van wet- en regelgeving. Want het is allemaal veel te complex nu.”

Lustrum

Het tweede lustrum ’10 jaar Staat van het mkb’ is op 13 november gevierd bij Priva, het bedrijf onder leiding van Meiny Prins, een van de leden van het Comité. In het bijzijn van Comitélid Hare Majesteit Koningin Máxima is het Jaarbericht Staat van het mkb 2024 – Perspectief op productiviteit overhandigd aan minister Dirk Beljaarts van Economische Zaken en Jacco Vonhof, voorzitter van MKB-Nederland. De minister stuurt het jaarbericht naar de Tweede Kamer.

Het Nederlands Comité voor Ondernemerschap zet zich in voor duurzame groei van het midden- en kleinbedrijf in Nederland. Het Comité is ingesteld door het ministerie van Economische Zaken en bestaat, naast voorzitter Jacques van den Broek, uit Hare Majesteit Koningin Máxima, Barbara Baarsma, Eva Beekman, Meiny Prins en Diederik Laman Trip.

Het Comité is de opvolger van de Raad voor Microfinanciering. Deze raad werd in 2007 ingesteld en gaf de aanzet voor de oprichting van Qredits, die mkb ondernemers helpt die bij reguliere banken niet in aanmerking komen voor krediet. Inmiddels richten de activiteiten van het Comité zich op ondernemerschap in brede zin: toegang tot financiering, toegang tot talent, ondersteuning van het mkb en versterking van de productiviteit. Sinds 2015 worden, in samenwerking met het CBS, cijfers en data over het mkb gepubliceerd op www.staatvanhetmkb.nl; het Comité geeft daarbij een Jaarbericht ‘Staat van het mkb’ uit, met duiding en adviezen. In 2020 verscheen tijdens de coronacrisis het ‘Herstel- en groeiplan mkb’. In 2022 publiceerde het Comité het advies ‘Dienstbare Dienstverlening’, wat heeft geleid tot de Actieagenda ‘mkb- dienstverlening 2024-2026’.

 

Meer informatie: Paul van Dijk, adviseur Comité, telefoon 06 – 15 47 68 52
Het Comité is te volgen op: LinkedIn (Nederlands Comité voor Ondernemerschap). Rond 21 november verschijnt een digitaal magazine over het event ’10 jaar Staat van het mkb’.

Tien punten voor een arbeidsmarkt die werkt voor en in het mkb

In oktober 2022 presenteerde het kabinet de uitgangspunten voor de uitbreiding van de arbeidsmarktinfrastructuur. Een belangrijk aandachtspunt voor het Comité hierbij is de werking van de nieuwe structuur voor en in het Nederlandse mkb. Met het Ministerie van SZW is afgesproken dat het Comité hierover inbreng levert, mede gebaseerd op de lessons learned in eerdere werkbezoeken met de SER. Daartoe zijn de volgende tien punten opgesteld.

I. Mobiliteit van mensen gemakkelijker maken

De infrastructuur voor de arbeidsmarkt moet op een aantal fundamentele punten worden verbeterd:

1. Data delen
Iedereen in beeld, alle banen in beeld, inzicht in de “GAP”
2. Skills-based werken
Focus op vaardigheden en niet zozeer op diploma’s.
3. Verleggen van gelden
• niet alleen gericht op inactieven, niet alleen sectoraal
• van ontslagvergoeding naar proactieve transitie
4. Opschalen en exporteren van bewezen successen
Er zijn verschillende vormen van samenwerking op lokaal en regionaal niveau. Leg geen mal over Nederland, maar zorg ervoor dat de best practices worden verspreid.
5. Tekortsectoren leidend laten zijn
Maak een prioriteit van de sectoren met de grootste behoefte aan personeel.

II. Aantrekkelijker maken om werkgever te zijn

Het moet voor ondernemers aantrekkelijker worden om werkgever te zijn en om mee te bewegen met de economische omstandigheden (open afschalen, contractvormen, arbeidsvoorwaarden):

6. Gecombineerd werkgeverschap
Ondernemers moeten samen de werkgeversverantwoordelijkheid kunnen dragen, zodat werknemers onder één contract bij verschillende bedrijven kunnen werken.
7. Verlaag risico’s voor ondernemers om werkgever te zijn
Een collectieve voorziening voor bv. doorbetaling bij ziekte kan voorkomen dat ondernemers het niet aandurven om mensen in dienst te
nemen.
8. Laat werkgevers verantwoordelijkheid delen in regio/branche
Maak het mogelijk dat ondernemers samen voldoen aan verplichtingen (bv. voor LLO, tegen discriminatie). Gebruik daarvoor de verschillende bestaande vormen van samenwerking.

III. Ondernemers beter ondersteunen

Ondernemers moeten beter worden ondersteund door het stelsel van publieke/private dienstverleners (zie advies Dienstbare
Dienstverlening):

9. Dienstverlening versterken
Creëer privaat-publieke centra die vraag gestuurd werken, lokaal/regionaal, zichtbaar voor mkb, vraaggericht, o.b.v. data.
10. Maatwerk voor mkb
Verdeel MKB in grootte voor meer gerichte ondersteuning. Zie segmentatiemodel Comité (2020).

Bron: Jaarbericht Staat van het MKB 2023

Lichte daling aandeel internationale handel door mkb

Het aandeel in de totale invoer en uitvoer in Nederland van mkb-bedrijven is in 2023 gedaald ten opzichte van 2022. Het aandeel van de invoer door mkb-bedrijven daalde bijna 6 procent en de uitvoer daalde met 2,5 procent. Dat meldt het CBS op de Staat van het mkb op basis van voorlopige cijfers over internationale handel op MKB-Statline.

  • Van het aandeel door mkb-bedrijven in de totale invoer kwam 41 procent van zelfstandige mkb-bedrijven en 59 procent door niet-zelfstandige mkb-bedrijven. Deze verdeling is ongeveer gelijk aan een jaar eerder.
  • Van het aandeel door mkb-bedrijven in de totale invoer kwam 16,5 procent van bedrijven met een sterke groei. Bij de uitvoer was datzelfde aandeel 19 procent. In beide gevallen was het grootste aandeel van bedrijven met een stabiele groei; bijna 60 procent. Deze verdeling is ongeveer gelijk aan een jaar eerder.
  • Van het aandeel door mkb-bedrijven in de totale invoer kwam 10 procent van bedrijven jonger dan 5 jaar. Bij de uitvoer was datzelfde aandeel bijna 10 procent. In beide gevallen was het grootste aandeel van bedrijven van tien jaar of ouder; 80 procent. Deze verdeling is gegroeid ten opzichte van een jaar eerder.

Bekijk hier de nieuwste cijfers over internationale handel

Eenmanszaak als rechtsvorm blijft populair

Het aantal bedrijven in de Business Economy is in het vierde kwartaal met een kleine 4 procent gestegen ten opzichte van dezelfde periode in het voorgaand jaar. Er zijn in totaal nu bijna 1,6 miljoen bedrijven. Dit is het hoogste aantal sinds het begin van de meting in 2007. Dit meldt het CBS op de Staat van het mkb en op MKB-Statline.

  • Veruit de meeste hiervan bestaan uit 1 werkzame persoon, dit zijn ruim 1,2 miljoen bedrijven.
  • Hiervan zijn er 538 duizend actief in de zakelijke dienstverlening.
  • Dit zijn er 29 duizend meer, dan het vergelijkbare kwartaal in het voorgaande jaar.
  • Bedrijven met 2 werkzame personen is met 765 bedrijven gestegen opzichte van het derde kwartaal in 2023 en tellen nu ruim 142 duizend bedrijven.
  • Hiervan zijn bijna 63 duizend bedrijven actief in de handel, vervoer en horeca.
  • Het aantal bedrijven in het middenbedrijf is vrijwel gelijk gebleven.
  • De meest gekozen rechtsvorm in het bedrijfsleven is de eenmanszaak, met ruim een miljoen bedrijven.
  • Na de eenmanszaak is de besloten vennootschap (BV) met 382 duizend bedrijven het populairst.

Bekijk de cijfers hier en hier op MKB-StatLine

Faillissementen gestegen in het derde kwartaal 2024

In het derde kwartaal van 2024 werden 908 mkb-bedrijven failliet verklaard binnen de business economy. Daarmee is het aantal faillissementen gestegen met 30 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar toen er 696 mkb-bedrijven failliet werden verklaard. Dit meldt het CBS op de Staat van het mkb en op MKB-Statline.

  • Bij iets meer dan de helft van de mkb-faillissementen ging het om zzp’ers. Daarna waren de microbedrijven (2 tot 10 werkzame personen) de grootste groep met 38 procent. Ruim 10 procent waren kleinbedrijven (10 tot 50 werkzame personen) en slechts één procent waren middenbedrijven (50 tot 250 werkzame personen).
  • De grootste stijging van het aantal mkb-faillissementen was met 66 procent bij bedrijven met een leeftijd van 5 tot 10 jaar. Deze groep maakte met iets minder dan een derde ook het grootste deel uit van het aantal faillissementen. De kleinste stijging (14 procent) zat bij bedrijven met een leeftijd van 10 jaar of meer.
  • Binnen de bedrijfstakken zijn de faillissementen in de verhuur en overige zakelijke diensten (75 procent) en de informatie en communicatie (60 procent) het meest gestegen. In de verhuur en handel van onroerend goed en de overige dienstverlening is het aantal faillissementen ten opzichte van een jaar geleden juist gedaald.

Bekijk hier de cijfers over faillissementen

Bijna een kwart personen werkzaam in mkb volgt opleiding of cursus

Bijna een kwart van de personen van 25 tot 65 jaar werkzaam in de business economy namen in 2023 deel aan leven lang ontwikkelen (23,4 procent). Onder leven lang ontwikkelen vallen opleidingen en cursussen die personen volgen of recent (afgelopen 4 weken) gevolgd hebben. Het aandeel personen dat deelneemt aan Leven lang ontwikkelen is licht gedaald vergeleken met 2022. In dat jaar nam 24,1 procent deel. Dit meldt het CBS op de Staat van het mkb en op MKB-StatLine.

  • Bij bedrijven met 3 tot 9 werkzame personen was het aandeel deelnemers die een opleiding of cursus volgden het kleinst (17,8 procent).
  • Bij het grootbedrijf (250 en meer werkzame personen) was het aandeel deelnemers dat en cursus of opleiding volgde het grootst (26,9 procent).
  • Bijna 35 procent van de werknemers van 25 – 65 jaar volgde een cursus van 6 maanden of meer. Vooral werknemers bij bedrijven van 0 – 9 werkzame personen volgde deze langdurige cursussen (47,7 procent).
  • 30 procent volgde een cursus die korter dan een week duurde.
  • De deelname aan Leven lang ontwikkelen was hoger onder personen met een hoog onderwijsniveau (28,9 procent) dan onder personen met een laag onderwijsniveau (14,8 procent).
  • Werknemers van kleine bedrijven (0 – 9 werkzame personen) met een laag onderwijsniveau volgde het minst vaak een cursus of opleiding. Van hen nam 11,2 procent deel aan Leven lang ontwikkelen. Werknemers bij grote bedrijven (meer dan 250 werkzame personen) met een hoog onderwijsniveau volgde het vaakst een cursus of opleiding (31,5 procent).

Bekijk hier de cijfers over leven lang ontwikkelen in het mkb.

Update cijfers omzetstijgers en -dalers

Op MKB-Statline zijn nieuwe cijfers over het aantal bedrijven met een stijgende en dalende omzet gepubliceerd. Deze zijn nu up-to-date tot en met het tweede kwartaal van 2024. De cijfers geven aan bij welk percentage van de ondernemers de omzet is gestegen, dan wel gedaald ten opzichte van hetzelfde kwartaal in het voorgaande jaar. Er kan worden ingezoomd op verschillende grootteklassen en branches binnen het MKB.

  • Een meerderheid van de bedrijven zag de omzet stijgen in het tweede kwartaal van 2024 ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar eerder. In de informatie en communicatie lag dat percentage het hoogst met 55 procent, waarvan 31 procent een snelle stijger was. Een snelle stijger of daler is een bedrijf met meer dan 20 procent omzetgroei of -krimp.
  • Het percentage bedrijven met een snelle omzetstijging was bij het merendeel van de bedrijfstakken en grootteklassen hoger dan het percentage bedrijven dat de omzet snel zag dalen. Het percentage bedrijven met een snelle stijging lag met 33 procent onder andere hoog in de bouwnijverheid.
  • In de handel lag het aandeel bedrijven met een omzetstijging met 49 procent het laagst en gelijk aan het aandeel bedrijven met een omzetdaling. Daarvan was 23 procent een snelle daler. Het aandeel bedrijven met een omzetdaling lag het laagst in de horeca en de informatie en communicatie.

Bekijk de tabel over omzet stijgers-dalers