Historisch laag aantal faillissementen in het MKB, vierde kwartaal 2020

Sinds 2011 waren er niet eerder zo weinig faillissementen als in het vierde kwartaal 2020. In totaal werden er 472 bedrijven in het MKB failliet verklaard, dat zijn 301 faillissementen minder dan in dezelfde periode vorig jaar (-40%). Het merendeel van de faillissementen betrof een bedrijf met één werkzaam persoon (252 faillissementen), gevolgd door bedrijven met twee tot tien werkzame personen (180 faillissementen). Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek op de Staat van het MKB.

Het aantal faillissementen in het vierde kwartaal was in de laatste 10 jaar niet eerder zo laag. In het vierde kwartaal van 2013 gingen de meeste MKB-bedrijven failliet, namelijk 1 803. In de jaren daarop daalde het aantal faillissementen gestaag tot 686 in het vierde kwartaal van 2017. Na een stijging in 2018 en 2019 zakt het aantal faillissementen in het vierde kwartaal 2020 tot het laagste aantal sinds 2011.

Meeste faillissementen in de handel

De meeste faillissementen (106) vielen in de handel. In dezelfde periode vorig jaar, het vierde kwartaal 2019, waren er in deze bedrijfstak bijna twee keer zoveel faillissementen, namelijk 210. Waar het aandeel in het totaal aantal faillissementen toen 27 procent was, is dit in het vierde kwartaal van 2020 nog 22 procent. Dit komt doordat het totaal aantal faillissementen minder hard daalde dan het aantal faillissementen in de handel. Van de faillissementen in de handel betrof bijna de helft een bedrijf in de groothandel en handelsbemiddeling (49 faillissementen). De andere helft betrof een bedrijf in de detailhandel (niet in auto’s; 48 faillissementen).

Ook in de bouwnijverheid vielen relatief veel faillissementen. In het vierde kwartaal van 2020 waren dat 100 bouwbedrijven, dat zijn 43 bouwbedrijven minder dan in het vierde kwartaal een jaar eerder.

Sterkste daling in handel en specialistische zakelijke diensten

In vergelijking met dezelfde periode vorig jaar, nam het aantal faillissementen het sterkste af in de handel. Ook in de specialistische zakelijke diensten nam het aantal faillissementen sterk af tot 60 faillissementen in het vierde kwartaal 2020, dat zijn er 47 minder dan een jaar eerder.

In geen enkele branche nam het aantal faillissementen toe.

Bedrijfsleeftijd en betrokken personen

Van de failliet verklaarde bedrijven in het vierde kwartaal van 2020 bestond meer dan 28 procent nog geen drie jaar. Dat waren 134 bedrijven. De gemiddelde leeftijd van het totaal aantal failliet verklaarde bedrijven was bijna 9 jaar.

Bij de 472 faillissementen in het vierde kwartaal 2020 waren 1741 werkzame personen betrokken. Dat is bijna 65 procent minder dan in dezelfde periode vorig jaar, toen waren er 4901 werkzame personen betrokken bij een faillissement.

Bekijk hier de cijfers over de bedrijfsleeftijdbedrijfstak en bedrijfsgrootte van de failliet verklaarde bedrijven in Nederland.

Wekelijkse faillissementen tot en met week 53 van 2020

In week 53 zijn 32 bedrijven en instellingen (incl. eenmanszaken) failliet verklaard, meldt het CBS. Dat zijn er evenveel als een week eerder, toen werden er ook 32 bedrijven failliet verklaard. Het grootste aantal faillissementen betrof een bedrijf of instelling (incl. eenmanszaken) met 1 werkzaam persoon.

Het CBS brengt tijdens de coronacrisis wekelijks de ontwikkeling van het aantal door rechtbanken uitgesproken faillissementen in beeld. Doorgaans zullen de cijfers op donderdag 12.00 uur gepubliceerd worden. De Staat van het MKB houdt u op de hoogte.

In de 53 weken van 2020 zijn 3212 bedrijven en instellingen (incl. eenmanszaken) failliet verklaard. Dat zijn er 573 minder dan in dezelfde periode van 2019, toen stond de teller op 3785.

Het hoogste aantal faillissementen bij bedrijven met 1 werkzaam persoon

In week 53 van 2020 betrof 53 procent van de faillissementen een bedrijf en instelling (incl. eenmanszaken) met 1 werkzaam persoon. In totaal waren dat 17 faillissementen. Daarnaast waren er 12 faillissementen in de bedrijfsgrootte 2 tot 10 werkzame personen en 1 in de bedrijfsgrootte 10 tot 50 werkzame personen.

Meeste faillissementen in detailhandel

De detailhandel had van alle onderscheiden branches de meeste faillissementen, namelijk 11. Dat zijn er 10 meer dan in week 52. Verder zijn in de groothandel 6 bedrijven failliet gegaan, 1 meer dan in de voorgaande week. In de bouwnijverheid zijn 4 bedrijven failliet gegaan, 3 meer dan in week 52.

Samenvatting week 52

Een week eerder, week 52 van 2020, werden er in totaal 32 faillissementen uitgesproken. Dat zijn 16 faillissementen minder dan een week eerder. Het merendeel (15 faillissementen) betrof een bedrijf en instelling (incl. eenmanszaak) met 1 werkzaam persoon. Verder werden er deze week nog 12 bedrijven en instellingen (incl. eenmanszaken) met 2 tot 10 werkzame personen en 4 met 10 tot 50 werkzame personen failliet verklaard.

In week 52 vonden de meeste faillissementen plaats in de groothandel (5 faillissementen).  

Tussen de aanvraag en het uitspreken van een faillissement kunnen enkele weken zitten. Vanaf week 14 houden de rechtbanken de rekesten (als een andere partij de rechter verzoekt om een bedrijf failliet te laten verklaren) voor ten minste vier weken aan, tenzij er sprake is van spoed. Daarnaast is door het kabinet een noodpakket voor economie en banen opgezet om bedrijven zoveel mogelijk te ondersteunen. De cijfers in dit artikel zijn voorlopig en worden wekelijks bijgesteld.

Bekijk hier de cijfers over wekelijkse faillissementen.

Investeren in ondernemers

‘Juist nu we een nieuwe lockdown zijn ingegaan, beleven veel ondernemers zeer barre tijden. Zij verdienen onze steun. We weten gelukkig ook dat bedrijven die tijdelijk stagneren, straks weer kunnen groeien. Daarom moeten we niet alleen de coronacrisis overleven van de coronacrisis, maar ons ook voorbereiden op de volgende fase van herstel en groei.’ Dat zegt Harold Goddijn in een toelichting op ‘Ondernemen is vooruitzien’, het Jaarbericht Staat van het mkb 2020 van het Nederlands Comité voor Ondernemerschap.

Veel bedrijven worden hard geraakt, andere beleven juist nu hoogtijdagen. Goddijn: ‘Alle ondernemers – krimpend of groeiend, startend of stoppend – staan voor grote keuzes over hun toekomst. De overheid moet hen daarbij zo goed mogelijk helpen.’

Volgens het Comité kan het ondernemersklimaat in Nederland worden verbeterd op het gebied van financiering van innovatie, arbeidsmobiliteit en ondernemerschap. Het Jaarbericht biedt daartoe handvatten. Het Comité werkt verder aan adviezen om de financiering en dienstverlening aan mkb-bedrijven te verbeteren.

Investeringen

Uit de laatste cijfers van het CBS blijkt dat de coronacrisis de investeringsplannen van het mkb heeft vertraagd: 21 procent van de bedrijven geeft aan dat de investeringen zullen afnemen, terwijl 15 procent verwacht meer te investeren.

De Staat van het mkb laat zien dat investeringen ook in de hoogconjunctuur al achterbleven. Twee derde van het mkb investeerde niet in product- of procesinnovatie, terwijl digitalisering en Leven Lang Ontwikkelen (LLO) zeker in het mkb nog te beperkt zijn doorgevoerd.

Juist met gerichte investeringen kunnen ondernemers hun kansen verbeteren, blijkt uit onderzoek van de Rotterdam School of Management (RSM). Van bedrijven die stilstaan of krimpen blijkt gemiddeld 65% in staat om weer te gaan groeien in productiviteit én banen. Om hun productiviteit te versterken kunnen ondernemers bijvoorbeeld investeren in innovatie en internationalisering.

Reacties

Het Jaarbericht Staat van het mkb 2020 is op 16 december overhandigd aan staatssecretaris Mona Keijzer, in aanwezigheid van Hare Majesteit Koningin Máxima. De bijeenkomst is terug te kijken via YouTube (https://youtu.be/_m1WFJyi6nM). Daar zijn ook de reacties te beluisteren van Mona Keijzer, Mariëtte Hamer (voorzitter van de Sociaal-Economische Raad), Jacco Vonhof (voorzitter MKB-Nederland) en Ronald Kleverlaan (voorzitter Stichting MKB-Financiering).

Het Nederlands Comité voor Ondernemerschap is ingesteld door het ministerie van EZK en zet zich in voor duurzame groei van het Nederlandse midden- en kleinbedrijf. Tot de taken behoren het monitoren van de ontwikkelingen in het midden- en kleinbedrijf en het doen van aanbevelingen. Eind juni verscheen een tussenbericht naar aanleiding van de coronacrisis, in augustus een advies over een herstel- en groeiplan voor het mkb. Het Comité staat onder voorzitterschap van Harold Goddijn en bestaat verder uit Hare Majesteit Koningin Máxima, Barbara Baarsma, Diederik Laman Trip, Meiny Prins en Occo Roelofsen.

Presentatie Jaarbericht 2020

Ondernemen is vooruitzien: online presentatie van Jaarbericht Staat van het mkb 2020. 

Op 16 december presenteert het Nederlands Comité voor Ondernemerschap de Staat van het MKB 2020. Het jaarbericht wordt in aanwezigheid van Hare Majesteit Koningin Máxima aangeboden aan staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat. Tijdens de bijeenkomst zal een reactie worden gevraagd aan Mariëtte Hamer (voorzitter van de Sociaal-Economische Raad), Jacco Vonhof (voorzitter MKB-Nederland) en Ronald Kleverlaan (voorzitter Stichting MKB-financiering).

Elk najaar publiceert het Nederlands Comité voor Ondernemerschap het jaarbericht over de Staat van het mkb. Dit Jaarbericht is anders dan anders. Net als in voorgaande jaren worden de ontwikkelingen in het midden- en kleinbedrijf geschetst, maar de ‘staat van het mkb’ wordt nu voor een belangrijk deel bepaald door de coronacrisis. Het mkb is als motor van de Nederlandse economie hard geraakt. Maar de coronacrisis biedt ook de kans om de problemen aan te pakken die er al eerder waren. In het rapport ‘Ondernemen is vooruitzien’ doet het Comité aanbevelingen over investeringen in innovatie, arbeidsmobiliteit en ondernemerschap.

 

Webinar Jaarbericht Staat van het mkb 2020 – Ondernemen is vooruitzien

16 december 2020

14.15 – 15.00 uur

U bent van harte uitgenodigd om dit webinar bij te wonen via: https://youtu.be/_m1WFJyi6nM

Economisch beeld MKB is begin vierde kwartaal 2020 verbeterd

In vergelijking met het derde kwartaal van 2020 ziet het economisch beeld van het MKB aan het begin van het vierde kwartaal er iets positiever uit. Begin derde kwartaal lieten nog 4 indicatoren een verbetering zien ten opzichte van het voorgaande kwartaal. Aan het begin van het huidige kwartaal steeg dit aantal naar 7. Dit kwam doordat de omzet, faillissementen en aankopen van duurzame goederen in het derde kwartaal verbeterden. Dit geldt ook voor de verwachte ontwikkeling van- en het aantal vacatures. Dat blijkt uit de MKB-conjunctuurklok.

Drie stemmingsindicatoren verslechterd

Begin vierde kwartaal van dit jaar verslechterden drie van de zes MKB-stemmingsindicatoren. Het financiële vertrouwen nam het sterkst af, gevolgd door de verwachtingen over de economische activiteiten. In mindere mate nam ook de verwachting over consumptie ontwikkeling af. Bij de overige drie stemmingsindicatoren verbeterde de stemming in vergelijking met het vorige kwartaal. De stemming over de export ontwikkeling, het ondernemersvertrouwen en verwachte ontwikkeling van het aantal vacatures, sloeg positief om.

Reële indicatoren verbeterd

De reële indicatoren geven de stand aan op basis van het afgelopen kwartaal. In vergelijking met vorige kwartaal zijn vier van de zes reële conjunctuurindicatoren (cijfers over het derde kwartaal) aan het begin van het vierde kwartaal verbeterd. De indicator over binnenlandse consumptie van duurzame goederen ontwikkelde het sterkst in positieve richting. Daarnaast verbeterden de omzet, de faillissementen en het aantal vacatures in het derde kwartaal. De indicatoren over het volume van de binnenlandse consumptie en het BBP ontwikkelden zich in deze periode in negatieve richting.

Bekijk het Conjunctuurdashboard

MKB-conjunctuurklok toegelicht

De conjunctuurklok is verdeeld in vier kwadranten. In de bovenste twee kwadranten staan de indicatoren hoger dan hun trendniveau. In de onderste twee kwadranten staan de indicatoren onder hun trendniveau. De twee kwadranten aan de rechterkant geven een verbetering ten opzichte van het voorgaande kwartaal aan. De twee kwadranten aan de linkerkant een verslechtering. Het meest positieve kwadrant (rechtsboven) wordt aangegeven met een zonnetje en het meest negatieve kwadrant (linksonder) met een regenbui. De tussenliggende kwadranten worden aangegeven met een wolk voor de zon.

De MKB-conjunctuurklok is door het CBS ontwikkeld in het kader van het programma De Staat van het MKB in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en het Nederlands Comité voor Ondernemerschap. Begin mei 2017 werd de MKB-conjunctuurklok voor het eerst gepubliceerd. De update voor het eerste kwartaal van 2021 wordt begin maart 2021 verwacht.

10 procent meer vacatures in MKB

Aan het einde van het derde kwartaal 2020 stonden er ruim 113 duizend vacatures open in het midden- en kleinbedrijf (MKB). Dat was op dat moment iets meer dan de helft van het totaal aantal vacatures in Nederland. Het aantal openstaande vacatures nam met 10 procent toe in vergelijking met een kwartaal eerder, toen stonden er ruim 103 duizend vacatures open in het MKB. Dit meldt het CBS in De Staat van het MKB.

Zowel in het middenbedrijf (50 tot 250 werkzame personen) als in het kleinbedrijf (minder dan 50 werkzame personen) nam het aantal openstaande vacatures ten opzichte van het tweede kwartaal 2020 toe. In het middenbedrijf steeg het aantal vacatures het sterkst met ruim 12 procent. In het kleinbedrijf nam het aantal vacatures toe met ruim 9 procent tot 75 duizend vacatures. Hiermee kwam het totaal aantal openstaande vacatures in het MKB aan het einde van het derde kwartaal uit op 113 duizend, 10 procent meer dan in het tweede kwartaal van vorig jaar (103 duizend). Daarmee heeft het aantal openstaande vacatures in het MKB zich weer hersteld na de dip in het tweede kwartaal. (108,5 duizend vacatures).

Grootste toename in aantal openstaande vacatures cultuur, recreatie en overige diensten

De toename van het aantal vacatures in het derde kwartaal van 2020 is zichtbaar in alle bedrijfstakken. In cultuur, recreatie en overige diensten, de bedrijfstak met de minste MKB-vacatures, nam het aantal vacatures procentueel het sterkst toe. In vergelijking met het tweede kwartaal 2020 nam het aantal openstaande vacatures in deze bedrijfstak met bijna 26 procent toe tot ruim 4 duizend openstaande vacatures. Ook in de bedrijfstak handel nam het aantal openstaande vacatures met ruim 14 procent sterk toe. In gezondheids-en welzijnszorg nam het aantal openstaande vacatures het minste toe. In deze bedrijfstak steeg het aantal openstaande vacatures met bijna 7 procent tot ruim 11 duizend openstaande vacatures. Hiermee laten de meeste bedrijfstakken in het derde kwartaal een herstel zien na de afname van het aantal vacatures in het tweede kwartaal 2020. Enkel in de gezondheids-en welzijnszorg nam het aantal openstaande vacatures in beide kwartalen toe.

Bekijk de nieuwste cijfers over vacatures in het MKB

Nieuwe tabel bedrijvendynamiek MKB

Deze maand is er op MKB-StatLine een nieuwe tabel verschenen met cijfers over de bedrijvendynamiek en overleving van bedrijven in het midden- en kleinbedrijf en de werkgelegenheidseffecten daarvan.

In de nieuwe tabel is het mogelijk om de oprichtingen en opheffingen van bedrijven te relateren aan de totale bedrijvenpopulatie. Dit wordt de “Churn rate” genoemd of te wel de verversingsgraad van de bedrijvenpopulatie. Ook wordt de overleving van de pas opgerichte bedrijven in 3 en 5 jaar na oprichting weergegeven. De gegevens zijn beschikbaar vanaf 2011 en kunnen worden uitgesplitst naar bedrijfstakken.

Bekijk de nieuw tabel: Bedrijvendynamiek MKB; overleving, bedrijfstakken (SBI 2008)

Ondernemersvertrouwen MKB verbetert, maar nog steeds negatief

Het MKB-ondernemersvertrouwen voor het vierde kwartaal is voorafgaand aan de gedeeltelijke lockdown medio oktober, en na een toename in het derde kwartaal, verder teruggeveerd tot -5,1. Het ondernemersvertrouwen, de stemmingsindicator van ondernemend Nederland, is toegenomen door hogere omzetten en een gunstiger economisch klimaat in het derde kwartaal. Voor de verwachtingen voor het vierde kwartaal overheerst het pessimisme. De gegevens voor dit onderzoek zijn begin oktober 2020 verzameld, grotendeels voorafgaand aan de aangescherpte coronamaatregelen.

Het ondernemersvertrouwen aan het begin van het vierde kwartaal 2020 is beter dan in de twee voorgaande kwartalen. In het tweede kwartaal lag het vertrouwen onder MKB-ondernemers op het historisch lage niveau van -31,2. In het derde kwartaal verbeterde dit naar -15,3 en in het vierde kwartaal naar -5,1. Het vertrouwen bij bedrijven tot 50 werkzame personen ligt daar iets onder en verbetert van -18,0 in het derde kwartaal naar -7,7 in het vierde kwartaal.

MKB-ondernemersvertrouwen het laagst in de horeca

In het vierde kwartaal van 2020 zijn enkel de MKB-sectoren bouwnijverheid en handel positief gestemd. In de overige sectoren is het vertrouwen negatief. Dit is een verbetering ten opzichte van het derde kwartaal toen in alle sectoren het vertrouwen van MKB-ondernemers negatief was.

Het positieve MKB-ondernemersvertrouwen in de bouwnijverheid en handel komt door het middenbedrijf. Het vertrouwen bij bedrijven tot 50 werkzame personen is in de bouwnijverheid en handel nog wel negatief.

Het MKB-ondernemersvertrouwen is net als in het derde kwartaal het laagst in de horeca. In het vierde kwartaal 2020 is dat -32,1. In het derde kwartaal was dit nog -51,1.Vooral een sterk verbeterde omzetrealisatie en economisch klimaat liggen hieraan ten grondslag. Een meerderheid van de ondernemers verwacht echter voor het vierde kwartaal een omzetdaling.

Samenstelling ondernemersvertrouwen

Het MKB-ondernemersvertrouwen geeft de stemming van Nederlandse MKB-ondernemers weer. Per bedrijfstak wordt het ondernemersvertrouwen samengesteld op basis van vragen over recente ontwikkelingen en verwachtingen van de ondernemers zoals bijvoorbeeld de omzetontwikkeling. Deze vragen worden gesteld in de Conjunctuurenquête Nederland (COEN).

Het ondernemersvertrouwen Nederland wordt vervolgens samengesteld uit een gewogen gemiddelde van het vertrouwen per bedrijfstak. Het ondernemersvertrouwen geeft een indicatie van de richting waarin de Nederlandse economie zich naar verwachting zal ontwikkelen.

De nieuwste resultaten van de Conjunctuur Enquête Nederland voor het MKB zijn beschikbaar in MKB-StatLine, net als het MKB-Ondernemersvertrouwen.

16 procent minder bedrijven opgericht in derde kwartaal

In het derde kwartaal van 2020 zijn 16 procent minder bedrijven opgericht dan in het derde kwartaal van 2019. Dat is grootste daling in acht jaar tijd. In de horeca was de afname 35 procent. Er werden wel 47 procent meer webwinkels opgericht. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.

Het aantal oprichtingen kwam in het derde kwartaal van 2020 uit op 46,0 duizend. Dat is 16 procent minder dan in het derde kwartaal van 2019 (54,6 duizend). In het tweede kwartaal van 2020 was het aantal oprichtingen 4 procent lager dan in 2019. In het eerste kwartaal van 2020 was nog sprake van een toename van het aantal oprichtingen met 13 procent.

Sterke toename nieuwe webwinkels

Behalve in de horeca daalde het aantal bedrijfsoprichtingen ook fors in de sector cultuur, sport en recreatie (34 procent), het onderwijs (31 procent) en de bouw en de gezondheids- en welzijnszorg (elk 24 procent). In de landbouw, bosbouw en visserij groeide het aantal nieuwe bedrijven met 1 procent, in de handel met 20 procent. In de handel waren de oprichtingen vooral webwinkels. In het derde kwartaal van 2020 stegen de webwinkeloprichtingen met 2 060 in vergelijking met 2019, een toename van 47 procent.

Met de sterke groei van het aantal oprichtingen in de handel (van 7,7 duizend tot 9,2 duizend in het derde kwartaal van 2020) is de handel nu voor het eerst de sector met de meeste bedrijfsoprichtingen in Nederland. In de specialistische zakelijke dienstverlening nam het aantal bedrijfsoprichtingen in het derde kwartaal van 2020 af met 2 020, in de bouw met 1 540. Daarna volgen de zorg (1 200 minder oprichtingen), het onderwijs (1 170 minder), cultuur, sport en recreatie (1 045) en de horeca (785).

Veel minder oprichtingen in de reisbranche

In de reisbranche viel het aantal bedrijfsoprichtingen sterk terug in het derde kwartaal van 2020. Het aantal nieuw opgerichte reisbureaus en reisorganisatiebureaus kromp met 46 procent ten opzichte van het derde kwartaal van 2019, het aantal nieuwe reisinformatie- en reserveerbureaus daalde zelfs met 65 procent. Ook in het personenvervoer over de weg daalden de bedrijfsoprichtingen aanzienlijk (61 procent). Daaronder vallen bijvoorbeeld het busvervoer en taxibedrijven.

Binnen de horeca ontstonden 45 procent minder nieuwe cafés en 35 procent minder restaurants en andere eetgelegenheden. In de sportsector daalde het aantal bedrijfsoprichtingen met 44 procent. Daarbinnen nam het aantal nieuwe fitnesscentra af met 33 procent, het aantal bedrijfsoprichtingen in de binnensport daalde met 43 procent.

 

Bekijk de cijfers op MKBStatLine

Recordaantal startende ondernemers in 2018

Het aantal startende ondernemers is in de afgelopen jaren nog niet eerder zo hoog geweest als in 2018.* Het merendeel van de startende ondernemers in 2018 was jonger dan 45 jaar en een man. De bedrijfstak specialistische zakelijke diensten, bestaande uit advisering, onderzoek en overige specialistische zakelijke dienstverlening had de meeste startende ondernemers in 2018. Dat meldt het CBS op de Staat van het MKB.

In 2018 startten maar liefst 176 duizend ondernemers in Nederland een eigen onderneming. In vergelijking met de voorliggende jaren een record aantal. Eerder stond het record aantal op bijna 168 duizend, dat is het aantal startende ondernemers in 2012. In 2013 startten slechts 147 duizend ondernemers een eigen onderneming.

Merendeel startende ondernemers is jonger dan 45 jaar

Maar liefst 72 procent van de startende ondernemers in 2018 is jonger dan 45 jaar. Het hoogste aantal ondernemers (37 procent van het totaal aantal ondernemers in 2018) valt in de leeftijdscategorie 30 tot 45 jaar gevolgd door de leeftijdscategorie 0 tot 30 jaar. Slechts 3 procent van de ondernemers in 2018 is ouder dan 65 jaar. Toch betekent dit dat er in 2018 bijna 5 duizend ondernemers ouder dan 65 jaar een eigen onderneming opzette.

De verdeling startende ondernemers naar leeftijd zier er al jaren ongeveer hetzelfde uit, zie het onderstaande figuur. In alle jaren vanaf 2010 bestaat het grootste gedeelte ondernemers uit ondernemers jonger dan 30 jaar. Wel neemt het aandeel ondernemers van 0 tot 30 toe; in 2010 was nog 26 procent van de ondernemers jonger dan 30 jaar. In 2018 is dit aandeel toegenomen tot 35 procent.

Ondernemers starten vooral in de specialistische zakelijke diensten

In 2018 had de bedrijfstak specialistische zakelijke diensten de meeste startende ondernemers, namelijk meer dan 36 duizend. Daarvan betrof bijna 14 duizend een holding of managementadviesbureau en bijna 13 duizend een design, fotografie of vertaalbureau. Ook in de bedrijfstakken handel (22 duizend) en bouwnijverheid (meer dan 19 duizend) startten in 2018 veel nieuwe ondernemers.

De bedrijfstak verhuur en handel van onroerend goed had de minste startende ondernemers (bijna 2 duizend in 2018). Hierbij zijn de bedrijfstakken waterbedrijven en afvalbeheer, delfstoffenwinning, energievoorziening en openbaar bestuur en overheidsdiensten niet meegenomen. Deze bedrijfstakken hadden bijna geen startende ondernemers in 2018.

2 op de 3 startende ondernemers is een man

De verdeling man en vrouw laat al jaren ongeveer hetzelfde beeld zien: 2 op de 3 ondernemers is een man. Ook in 2018 was meer dan de helft (62 procent) van alle startende ondernemers een man. Het overige gedeelte (38 procent) was een vrouw. In absolute aantallen waren dat bijna 67 duizend vrouwelijke ondernemers en meer dan 109 duizend mannelijke ondernemers in 2018.

De verhouding man en vrouw is per bedrijfstak heel verschillend. Zo is maar liefst 98 procent van de startende ondernemers in de bouwnijverheid een man. Ook in de vervoer en opslag bestaat het overgrote gedeelte van de startende ondernemers uit mannen (92 procent). Daarentegen is het merendeel van de startende ondernemers in de bedrijfstakken overige dienstverlening (80 procent) en gezonds- en welzijnszorg (74 procent) een vrouw. In de bedrijfstak cultuur, sport en recreatie is de verdeling man en vrouw het meest evenredig: 55 procent is man en 45 procent is vrouw.

*Cijfers over 2018 zijn voorlopig

Bekijk de cijfers over startende ondernemers.